Er zijn luidsprekers die je beluistert. En er zijn luidsprekers die jou beluisteren. De Tonapparate Model 55 hoort ontegensprekelijk tot die laatste categorie.
— AV2D.com

Review
Tonapparate Model 55

Door Dirk Voordeckers - 20 september 2025

Het onderstaande artikel werd gepubliceerd op AV2D.com. U kunt de originele versie hier raadplegen. Alle fotografie door AV2D.com.

Faites défiler vers le bas pour une traduction en français.

Er zijn luidsprekers die je beluistert. En er zijn luidsprekers die jou beluisteren. De Tonapparate Model 55 hoort ontegensprekelijk tot die laatste categorie.

Tijdens de eerste minuten van onze luistersessie bij Walden High End in Tervuren gebeurde er iets vreemds: mijn vertrouwde referenties verdwenen. Niet omdat de Model 55 beter klonk, of indrukwekkender, of grootser – maar omdat hij zich aan niets leek te spiegelen. Wat ik hoorde, was anders. Eigenzinnig. Uniek op momenten. Maar tegelijk ook warm, uitnodigend en subtiel. En dat intrigeerde me mateloos.

Zelden heb ik een luidspreker gehoord die zo schaamteloos zichzelf is. Die zich niets aantrekt van ‘correctheid’, maar die resoluut kiest voor muzikaal karakter. Een klankbeeld dat je niet dicteert, maar uitnodigt tot ontdekking. Niet om te imponeren, maar om te raken.

Wat hieronder volgt is geen klassieke recensie, met voorspelbare hokjes of eenduidige conclusies. Dit is het verhaal van een luidspreker die niet enkel muziek laat horen, maar muziek laat voelen – op een manier die je misschien niet meteen begrijpt, maar die je ook niet meer loslaat.

Het universum van Tonapparate

Wie in de wereld van high-end audio op zoek gaat naar ultieme neutraliteit, technische perfectie of laboratoriumprecisie, zal Tonapparate waarschijnlijk over het hoofd zien. Dat is niet toevallig. Dit Duitse merk – gevestigd in Wolfsburg en geleid door de bedachtzame en filosofisch ingestelde Uwe Meyer – mikt niet op statistieken of meetcurves, maar op het beleven van muziek op een andere manier. De producten worden gebouwd vanuit een klankvisie die warmte, luisterplezier en verfijning vooropstelt. Tonapparate produceert luidsprekers die je niet enkel beluistert, maar die je omarmen met een muzikaliteit die je zelden hoort. Geen indrukwekkende cijfers om mee uit te pakken, maar een beleving die je raakt in haar puurheid en finesse.

Het gamma is op het eerste zicht veelzijdig en divers: van backloaded horns tot frontloaded ontwerpen, klassieke vented cabinets, maar ook DSP-gestuurde subwoofers en zelfs uitgekiende apparatuur-standaards. Wat al deze luidsprekers verbindt, is een onderliggende filosofie die moeilijk in één woord te vatten is. Meyer spreekt zelf over “musikalische Authentizität” – muzikale echtheid – maar zonder te vervallen in de valkuil van technische puurheid. Bij Tonapparate draait het om hoe muziek wordt beleefd, niet hoe ze analytisch en koel wordt gemeten.

Technisch gezien zijn de ontwerpen vaak eigenzinnig: geen standaardcomponenten, geen geforceerde oplossingen, maar klankkasten die ademruimte geven aan drivers die expressie en resonantie mogen hebben. Hoorns worden niet ingezet voor luidheid, maar voor natuurlijkheid. Crossovers zijn minimaal of volledig afwezig. Elke kast is met de hand gebouwd, op bestelling, afgestemd op menselijke oren – niet op machines. Tonapparate creëert klank-instrumenten, geen consumentenproducten.

En net omdat het zo’n merk is dat zich niets aantrekt van conventie, trok het mijn aandacht.

Een paar maanden geleden stelde Jan van Walden High End me tijdens een ongedwongen ontmoeting en leuke luistersessie de Model 55 voor. En zo is het gegaan. Onlangs kreeg ik de kans om de Model 55 grondig te gaan beluisteren in Tervuren. Samen met mijn vertrouwde 300B single-ended buizenversterker met Western Electric 300B’s en ‘oude’ warm klinkende Sylvania 6SN7’s,  die ik koester om hun levendige middengebied en ongefilterde directheid, vatten we een interessante test aan.

De anatomie van de Model 55

De Tonapparate Model 55 is geen luidspreker in de klassieke zin van het woord. Het is geen verzameling losse componenten — woofer, tweeter, filter — maar een instrument, een klankkast die akoestiek, houtbouw en elektrodynamica samenbrengt in een harmonieus geheel. Wie enkel puur naar de cijfers kijkt, begrijpt het concept niet. Wie echter luistert, ontdekt een klankwereld waarin verfijning en doelbewust vakmanschap de toon zetten.

Ambacht in massief hout

De kast van de Model 55 straalt ingetogen klasse uit. Geen glossy laklagen of futuristische vormen, maar een pure houten ziel. Vervaardigd uit massief hout, met een interne structuur van sparrenhout, ademt hij de sfeer van de grote luidsprekers uit de jaren dertig en vijftig. Denk aan de ontwerpen van Western Electric of Altec, die dezelfde robuuste eenvoud en natuurlijke uitstraling droegen. Toch blijft de Model 55 onmiskenbaar van vandaag: zijn afmetingen — 885 mm hoog, 570 mm breed en 385 mm diep — zijn zorgvuldig gekozen om akoestisch te presteren volgens moderne inzichten. Retro in vorm, maar met een eigentijdse klankvisie.

Dit is een luidspreker die ademt. Letterlijk. De tweekamerconstructie met dubbele poorten en een instelbaar decompressiesysteem laat de kast leven en meebewegen met de muziek. Geen opgeblazen pseudo-laag of dreunende poorten, maar een gecontroleerd, organisch fundament dat de muziek grond onder de voeten geeft.

Het hart: de field-coil driver

Centraal in de Model 55 staat een 11-inch field-coil driver, een technologie die teruggaat naar de begindagen van de luidsprekerbouw. Waar de meeste moderne speakers werken met permanente magneten van ferriet of neodymium, kiest Tonapparate bewust voor de elektromagneet: een magnetisch veld dat actief wordt opgewekt door een geïntegreerde voeding.

Die keuze is geen nostalgie, maar een bewuste stap naar muzikaliteit. Het opgewekte veld is stabiel en lineair, waardoor de driver een enorme precisie en rust brengt. Vooral in het middengebied maakt dit een wereld van verschil: stemmen klinken natuurlijk en onvervormd, instrumenten krijgen hun volle karakter, en de kleinste details komen moeiteloos naar voren. Het ultralichte membraan reageert razendsnel, waardoor nuances in dynamiek en timing zeer correct doorkomen.

Wie tijdens de luistertest die helderheid en souplesse ervaart, beseft meteen dat dit de handtekening van de field-coil driver is. Het is precies dit vermogen tot detailweergave en muzikaliteit dat de Model 55 onderscheidt — en waar Tonapparate zijn visie bijzonder mooi mee tot uitdrukking brengt.

1-inch compressiedriver

Naast de field-coil driver werkt een 1-inch compressiedriver in een bronzen hoorn, geïnspireerd op het klassieke WE32A-ontwerp. Deze combinatie zorgt voor een duidelijke, krachtige weergave van de hoge tonen met extra lucht en openheid.

Driver en hoorn sluiten naadloos op elkaar aan. Er zijn geen zware filters nodig; de afstemming gebeurt vooral via de akoestiek en de mechanische bouw. Daardoor klinkt het hoog natuurlijk en direct, zonder scherpte of onnatuurlijke kleuring. Samen met de field-coil vormt dit een coherent geheel dat helder, evenwichtig en transparant blijft.

Ambachtelijke perfectie tot in de details

Onderaan de Model 55 bevinden zich de luidsprekeraansluitingen, stevig uitgevoerd maar niet zo makkelijk bereikbaar. Aan de achterzijde zit een schuifbaar paneel waarmee de werking van de baspoorten kan worden aangepast. Zo kan de kast eenvoudig afgestemd worden op de ruimte en de persoonlijke voorkeur van de luisteraar.

De voeding voor de field-coil driver maakt deel uit van dit geheel en is cruciaal: zonder spanning geen magnetisch veld, en dus ook geen klank. Het illustreert mooi de filosofie van Uwe Meyer: muziek begint bij energie, en die energie wordt hier rechtstreeks omgezet in geluid.

Elke Model 55 wordt volledig met de hand gebouwd en krijgt een uniek serienummer. De afwerking is sober en ambachtelijk: geen zichtbare naden, hout dat zijdeachtig aanvoelt en een uitstraling die rust en ernst uitstraalt. Dit is geen speaker die in massa van de band rolt, maar een ‘pièce unique’ dat met zorg en vakmanschap in een atelier wordt geboren.

Specificaties

– 11″ field-coil driver met ultralicht membraan en geïntegreerde voeding
– 1″ compressiedriver op bronzen hoorn (WE32A-gebaseerd)
– Efficiëntie: ca. 97 dB / 1W / 1m
– Impedantie: 8 Ohm, soepel en stabiel
– Aanbevolen versterkervermogen: 5–15 W per kanaal
– Behuizing: massief hout met interne sparrenstructuur, vented tweekamer met instelbare decompressie
– Afmetingen: 885 × 570 × 385 mm (h × b × d)
– Afwerking: ambachtelijk vervaardigd, natuurlijke houtsoorten

De testopstelling

In de luisterruimte van Walden High End stond de Tonapparate Model 55 opgesteld in een zorgvuldig samengestelde keten. Als bron diende de Auralic Auris 2.2 streamer, aangevuld met een Audio Note CD Two/II gecombineerd met de Audio Note DAC 4.1x Balanced. Voor vinyl gebruikten we de platenspeler Origin Live – Resolution met de toonarm Origin Live Enterprise 12” en als cartridge de ZYX Ultimate EX-Omega.

De versterking gebeurde met de Fezz Audio Mira Ceti 300B, uitgerust met Western Electric 300B eindbuizen. In de voortrap stonden 6SN7-buizen van Ken-Rad en Sylvania, die we tijdens de sessie afwisselden om de klankbalans te verfijnen. Het verschil was opmerkelijk: waar de Sylvania’s voor een wat zachtere en genuanceerdere toon zorgden, gaven de Ken-Rads de weergave net dat tikkeltje meer pit en energie — iets wat de Model 55 moeiteloos liet horen.

Wie Walden High End binnenstapt, merkt meteen dat dit geen gewone winkel is. Jan heeft veel aandacht besteed aan de inrichting en akoestiek: de ruimte is warm, overzichtelijk en met zorg gedempt en gediffuseerd, zonder klinisch te worden. De Model 55 kreeg de juiste plaatsing, vrij opgesteld en licht ingedraaid, waardoor ze optimaal konden ademen.

Wat minstens zo belangrijk is, is de ontvangst. Als gast krijg je hier de tijd en ruimte om grondig te luisteren. Geen haast of druk, maar de kans om in alle rust te ervaren wat deze zorgvuldig geselecteerde toestellen te bieden hebben.

En precies die combinatie van zorgvuldige opstelling, uitgekiende versterking en een gastvrije omgeving wekte onze nieuwsgierigheid nog meer: hoe zou de Model 55 muzikaal presteren in deze context? Dat ontdekten we in de luistertest.

Luistertest

Een luidspreker als de Tonapparate Model 55 vraagt om meer dan een snelle indruk. Daarom koos ik bewust voor een brede selectie muziek, variërend van klassiek tot jazz, van intieme singer-songwriter tot groot orkestwerk. Elk stuk had zijn eigen rol: dynamiek en kracht testen, subtiliteit en detail blootleggen, de warmte van stemmen onderzoeken of de ruimtelijkheid van een opname ervaren. Zo ontstond geen toevallige playlist, maar een zorgvuldig opgebouwde ontdekkingsreis waarin de Model 55 telkens een ander facet van zijn kunnen moest tonen.

Playlist

  • Danse Macabre, Op. 40, Minnesota Orchestra (Reference Recordings)

  • Fanfare for the Common Man, Copland, Minnesota Orchestra (Reference Recordings)

  • Frances – Don’t Worry About Me

  • Nick Cave – Nobody’s Baby Now (Idiot Prayer album)

  • Chet Baker – Alone Together (Stereo album)

  • Kari Bremnes – Varres Ring

  • Mahler – Symphony No. 1 – Dietrich Fischer-Dieskau

  • Max Richter – Organum

  • Nenad Vasilic solo live – 1. Opener & Vranjanka (vinyl)

  • Floating Points & Pharoah Sanders – Promises

Vanaf de eerste noten was duidelijk dat de Tonapparate Model 55 geen doorsnee luidspreker is. Wat meteen opviel, was de manier waarop het middengebied zich openvouwde: helder, natuurlijk en ongekunsteld. Stemmen klonken tastbaar, instrumenten kregen een overtuigende plaats in de ruimte. Niet alleen de tonen, maar ook de kleinste details kwamen mee – het ademhalen van een zanger, het zacht schuiven van een stoel, de manier waarop snaren natrillen.

Waar veel moderne luidsprekers zich profileren met een fel en sprankelend hoog, kiest de Model 55 voor een andere weg. In eerste instantie lijkt hij iets geslotener in de hoogste regionen, maar al snel merk je dat dit bedrieglijk is. De details zijn er wel degelijk, alleen nooit opdringerig. Het resultaat is een verfijnde weergave die je toelaat urenlang te luisteren zonder luistermoeheid.

Ook de dynamiek is zeer overtuigend, al gaat het nooit om brute kracht. Bij orkestrale werken blijft de weergave ruimtelijk en natuurlijk, zonder dat kopersecties of percussie fel of agressief worden. De energie is er, maar altijd gecontroleerd. In kleinere bezettingen toont de Model 55 zich van zijn meest aangename kant: een stem die dichtbij komt, een piano die het geluidsbeeld open trekt, een contrabas die in de details aanwezig is en de ruimte vult met puur realisme.

Een bijzonder moment tijdens de test kwam met Nick Cave. In eerste instantie klonk zijn stem wat vlak met de Sylvania 6SN’s, maar zodra de Ken-Rad buizen in de voortrap het werk overnamen, veranderde het karakter in positieve zin. Plots kregen de stem meer textuur en emotie, de piano werd een levendig in de kamer gezet. Het toont hoe gevoelig de Model 55 is voor de keten waarin hij speelt en hoe moeiteloos hij verschillen in elektronica doorgeeft.

Ook bij intiemere stemmen, zoals Frances of Chet Baker, wist de Model 55 te overtuigen. De stem van Frances klonk klein en fragiel, maar tegelijk natuurlijk aanwezig. Kari Bremnes zorgde voor kippenvel: de Model 55 overtuigde door de emotionele kern van haar muziek onverbiddelijk naar voren te brengen.

De vinylweergave met Nenad Vasilic bevestigde ook dit beeld: dit is geen luidspreker die technisch indruk wil maken, maar een die muziek tastbaar maakt. De contrabas stond letterlijk in de kamer, vol resonantie en realisme. Ook bij het beluisteren van Pharoah Sanders en Floating Points werd duidelijk dat de Model 55 niet uit is op spektakel, maar op betrokkenheid. De muziek werd niet ontleed, maar ervaren – eerlijk, warm en emotioneel.

Wie de Model 55 beluistert, ontdekt een luidspreker met een uitzonderlijk open middengebied, detail zonder scherpte, en een natuurlijke warmte die muziek tot haar essentie terugbrengt. Dat maakt hem niet alleen uniek, maar ook onweerstaanbaar voor wie muziek wil beleven in plaats van beoordelen.

Tonale eigenzinnigheid als troef

Wat maakt de Model 55 zo bijzonder? Hij probeert niet volledig neutraal of technisch perfect te zijn, maar laat muziek bewust op een andere manier horen. De tonaliteit is niet klassiek vlak, maar wel opvallend coherent en natuurlijk. Tijdens het luisteren merkte ik dat je muziek op een andere manier gaat ervaren: stemmen krijgen kleur, instrumenten klinken tastbaar en de muziek zelf lijkt meer te ademen. Dat vraagt tijd en geduld, want de Model 55 openbaart zich niet in een snelle indruk, maar pas echt wanneer je de kans neemt om langer te luisteren.

Niet iedereen zal deze aanpak waarderen. Wie houdt van analytische scherpte of klinische precisie, vindt dat hier niet. Wat de Model 55 wél biedt, is een middengebied dat uitzonderlijk rijk en gedetailleerd is. Het zijn juist die nuances die het luisteren eindeloos interessant maken. Elke sessie ontdek je nieuwe accenten of kleine details die je eerder niet waren opgevallen. Dat maakt de ervaring niet alleen aangenaam, maar ook blijvend boeiend: je blijft nieuwsgierig naar hoe je favoriete muziek via deze luidspreker zal klinken.

Conclusie

De kracht van de Tonapparate Model 55 zit niet in neutrale perfectie of meetkundige precisie, maar in zijn eigenzinnige manier van muziek laten horen. Waar sommige luidsprekers imponeren met fel hoog of overdreven laag, kiest de Model 55 voor een ander pad. Het middengebied is hier de ster: open, rijk aan detail en zo natuurlijk dat je telkens opnieuw verrast wordt door hoe vertrouwde muziekstukken klinken. Het is een luidspreker die niet alles gladstrijkt, maar juist de nuances laat ademen.

Voor een richtprijs van €18.000 krijg je geen high-end glitter, maar een ontwerp dat doordrenkt is van visie en ambacht. Een luidspreker die je niet voorschrijft wat je moet horen, maar je uitnodigt om opnieuw te luisteren – en steeds dieper te ontdekken. Hij is niet voor iedereen, maar wie zich openstelt voor deze benadering, vindt een partner waarmee elke luistersessie blijft groeien.

Mijn advies is eenvoudig: ga hem beluisteren. Niet vluchtig, maar met tijd en aandacht. Want de Model 55 is geen luidspreker die je meteen doorgrondt. Hij verrast, daagt uit en maakt nieuwsgierig. En precies daardoor vertelt hij je misschien niet alleen iets nieuws over de muziek, maar ook iets over jezelf.

Voor- en nadelen

Voordelen:
• Zeer rijk en emotioneel middengebied
• Muzikale presentatie met zachte detaillering
• Uitstekende plaatsing en soundstage
• Geen luistervermoeidheid, ook na lange sessies
• Intrigerende tonale kleur, ideaal voor akoestische muziek en jazz
• Verfijnd, natuurlijk laag zonder overdrijving

Nadelen:
• Niet neutraal – tonaliteit kan verwarrend zijn voor ‘referentieluisteraars’
• Behoeft zorgvuldige match met versterking (buizen aangeraden)
• Minder geschikt voor wie absolute precisie zoekt in hoog en timing
• Vraagt om tijd, geduld en een open geest

AV2D.com Review Tonapparate Model 55 Walden High-End Audio

TONAPPARATE @WALDEN

Loudspeakers
Audio Furniture

Banc d’essai enceintes Tonapparate Model 55

Par éditorial AV2D - 28 septembre 2025

(Texte original en NL : Dirk Voordeckers. Adaptation en FR : Jean-Pierre Devos). Toutes les photos par avd AV2D.com.

Il y a des enceintes que l’on écoute. Et il y a des enceintes qui changent vos habitudes d’écoute. La Tonapparate Model 55 appartient indéniablement à cette dernière catégorie. Dès les premières minutes d’écoute au magasin Walden High End de Tervuren, un phénomène étrange s’est produit : mes références habituelles ont disparu. Non pas que la Modèle 55 sonnait mieux, plus impressionnante ou plus grandiose, mais parce qu’elle semblait ne ressembler à rien de ce que je connaissais. Ce que j’entendais était différent. Idiosyncratique. Unique par moments. Mais aussi chaleureux, invitant et subtil. Et cela m’a profondément intrigué. 

J’ai rarement entendu une enceinte aussi ouvertement unique. Une enceinte qui ne se soucie pas de la justesse, mais qui choisit résolument le caractère musical. Un paysage sonore qui ne dicte rien, mais invite à la découverte. Non pas pour impressionner, mais pour émouvoir. 

Ce qui suit ne ressemble pas à un banc d’essai classique, avec des catégories familières et des conclusions prévisibles. C’est l’histoire, non, c’est l’aventure vécue à l’écoute d’une enceinte qui vous emmène d’une manière inhabituelle à bien sûr écouter de la musique, mais à l’écouter, plutôt à la ressentir, d’une manière qui dès l’abord bousculera vos idées reçues, mais ne vous lâchera plus par après.   

L’univers de Tonapparate

Quiconque, dans le monde de l’audio haut de gamme, recherche une neutralité absolue, une perfection technique ou une précision de laboratoire, négligera probablement Tonapparate. Ce n’est pas un hasard. Cette marque allemande, basée à Wolfsburg et dirigée par Uwe Meyer, un physicien féru de réflexion philosophique, ne vise ni les statistiques ni les courbes de mesure, mais une expérience musicale différente. Ses produits sont conçus selon une vision sonore qui privilégie la chaleur, le plaisir d’écoute et le raffinement. Tonapparate produit des enceintes que l’on n’écoute pas simplement, mais qui vous magnétisent par une musicalité rarement entendue. Pas de chiffres impressionnants à vanter, mais une expérience qui vous transporte par sa pureté et sa finesse. 

À première vue, la gamme est polyvalente et diversifiée: on y trouve des pavillons à charge arrière, des enceintes à charge frontale, des caissons ventilés classiques, des caissons de basses DSP et même des supports et meubles sophistiqués pour équipement haut de gamme. Ce qui unit toutes ces productions est une philosophie sous-jacente difficile à résumer en un seul mot. Meyer lui-même parle de «musikalische Authentizität» –authenticité musicale – sans pour autant tomber dans le piège de la perfection technique en tant que finalité. Tonapparate s’intéresse à la façon dont la musique est vécue, et non à la façon dont elle est mesurée de manière analytique et froide. 

Techniquement, les conceptions sont souvent uniques: pas de composants standards, pas de recettes toutes faites, mais par exemple des caisses de résonance offrant un espace de respiration aux haut-parleurs, leur permettant de s’exprimer et de résonner. Les pavillons ne sont pas utilisés pour jouer fort, mais pour jouer naturel. Les filtres sont minimes, voire absents. Chaque caisse est fabriquée à la main sur commande, adaptée à l’oreille humaine, et non aux machines. Tonapparate crée des instruments sonores, et non des produits grand public. 

Et c’est précisément parce que c’est une marque qui ne se soucie pas des conventions qu’elle a retenu mon attention. 

Il y a quelques mois, Jan du magasin Walden High End m’a présenté le Modèle 55 lors d’une rencontre informelle autour d’une agréable séance d’écoute. Et c’est ainsi que ça s’est passé. Je n’ai pu résister dernièrement à la tentation d’aller écouter attentivement le Model 55 à Tervuren. J’étais accompagné de mon fidèle amplificateur à tubes single-ended 300B, muni de véritables Western Electric 300B s’il vous plaît et de «vieux» Sylvania 6SN7. L’ensemble délivre un son chaleureux, que j’apprécie pour ses médiums vivants et un son direct et non filtré. Le test promettait d’être intéressant. 

Anatomie du Model 55

Le Tonapparate Model 55 n’est pas une enceinte au sens classique du terme. Ce n’est pas un assemblage de composants distincts – woofer, tweeter, filtre – mais un instrument, une caisse de résonance qui allie acoustique, boiserie et électrodynamique pour former un ensemble harmonieux. Les chiffres seuls ne suffisent pas à saisir le concept. Mais l’écoute révèle un univers sonore où le raffinement et le savoir-faire artisanal donnent le ton. 

Artisanat et bois massif

Le coffret du Model 55 respire la sobriété et l’élégance. Pas de laque brillante ni de formes futuristes, mais une âme en bois pur. Fabriqué en bois massif, avec une structure interne en épicéa, il évoque l’atmosphère des grandes enceintes des années 1930 et 1950. Pensez aux designs de Western Electric ou d’Altec, qui partageaient la même simplicité robuste et le même aspect naturel. Pourtant, le Modèle 55 reste résolument contemporain : ses dimensions – 885 mm de haut, 570 mm de large et 385 mm de profondeur – ont été soigneusement choisies pour une acoustique conforme aux normes modernes. Une forme rétro avec une vision sonore contemporaine. 

C’est une enceinte qui respire. Littéralement. Sa construction à double chambre, avec deux évents et un système de décompression réglable, permet au caisson de vivre et de vibrer au rythme de la musique. Pas de pseudo-basses boursouflées ni d’effets d’évents envahissants, mais une architecture contrôlée et organique qui assure à la musique une assise solide. 

Le cœur: le driver field-coil 

Au cœur du Model 55 se trouve un haut-parleur à électroaimant (field coil driver) de 11 pouces, une technologie qui rappelle les débuts de la construction de haut-parleurs. Alors que la plupart des haut-parleurs modernes utilisent des aimants permanents en ferrite ou en néodyme, Tonapparate a délibérément opté pour un électroaimant créant un champ magnétique généré activement par une alimentation intégrée en courant continu. 

Ce choix n’est pas nostalgique, mais plutôt dicté par la recherche de la musicalité pure. Le champ généré est stable et linéaire, offrant au haut-parleur la plus grande précision et la meilleure stabilité possible. Cela fait toute la différence, notamment dans les médiums: les voix sonnent naturellement et sans distorsion, les instruments acquièrent toute leur personnalité et les plus petits détails ressortent sans effort. Le diaphragme ultra-léger réagit avec une rapidité incroyable, permettant une reproduction précise des nuances de dynamique et de timing. 

Quiconque ressent cette clarté et ce naturel lors de l’écoute comprendra immédiatement qu’il s’agit de la signature d’un haut-parleur field-coil. C’est précisément cette capacité de détail et cette musicalité qui distinguent le Model 55, et où Tonapparate exprime magnifiquement sa vision. 

Haut-parleur à compression 1-inch 

Un haut-parleur à compression de 2,54 cm logé dans un pavillon en bronze prend le relais pour la diffusion des médiums aigus. Inspiré du modèle classique WE32A, cette configuration offre une reproduction claire et puissante des hautes fréquences, avec une aération et une ouverture accrues. Le haut-parleur et le pavillon se complètent harmonieusement. Il n’est fait appel à aucun filtrage sophistiqué. Le fonctionnement du système repose principalement sur l’acoustique et la conception mécanique. Il en résulte un son aigu naturel et direct, sans rugosité ni coloration artificielle. Combiné à la technologie field-coil, cette solution crée un ensemble cohérent, clair, équilibré et transparent. 

Perfection artisanale jusque dans les plus infimes détails 

Les connexions des enceintes se trouvent sous les coffrets, une solution robuste mais il est vrai peu accessible. Un panneau coulissant à l’arrière permet de régler les évents de décompression, adaptant la réponse en graves à la pièce et aux préférences de l’auditeur. 

L’alimentation du transducteur field-coil est partie intégrante de la conception et est cruciale: sans tension, il n’y a pas de champ magnétique, et donc pas de son. Cela illustre parfaitement la philosophie d’Uwe Meyer: la musique naît de l’énergie, et cette énergie est directement convertie en son. 

Chaque Model 55 est entièrement fabriqué à la main et est signé par un numéro de série unique. La finition est sobre et artisanale: aucune jointure apparente, un bois lisse et soyeux, et une finition générale qui respire le calme et la sobriété. Il ne s’agit pas d’une enceinte produite en série, mais d’une pièce unique, née avec soin et savoir-faire dans un atelier à taille humaine.  

Spécifications

– bas-médium field-coil 11″ avec diaphragme ultra léger et alimentation intégrée 
– tweeter à compression 1″ chargé par un pavillon en bronze du type Western Electric 32A 
– rendement: environ 97 dB / 1W / 1m 
– impédance: 8 Ohm, souple et stable 
– puissance d’amplification recommandée: 5–15 W par canal 
– ébénisterie: bois massif avec structure interne en épicéa, ventilé à deux chambres avec décompression réglable 
– dimensions: 885 × 570 × 385 mm (H × L × P) 
– finition : fabriqué à la main, essences de bois naturelles 

Configuration du test 

Dans l’auditorium consacré au haut de gamme chez Walden, les enceintes Tonapparate Model 55 œuvraient au sein d’un système soigneusement orchestré. Sources numériques: lecteur de streaming Auralic Auris 2.2, lecteur CD Audio Note CD Two/II associé au DAC Audio Note 4.1x symétrique. Source analogique: platine vinyle Origin Live – Resolution avec bras de lecture Origin Live Enterprise 12 pouces et cellule ZYX Ultimate EX-Omega. L’amplification était confiée aux Fezz Audio Mira Ceti 300B, équipés de lampes de puissance Western Electric 300B. Le préampli utilisait des lampes Ken-Rad et Sylvania 6SN7, que nous avons alternées tout au long de la séance pour affiner l’équilibre tonal. La différence d’ailleurs était remarquable : si les Sylvania produisaient un son légèrement plus doux et nuancé, les Ken-Rad apportaient au son un peu plus de punch et d‘énergie, un atout que le Model 55 a su reproduire sans difficulté.

En entrant chez Walden High End, on réalise immédiatement qu’il ne s’agit pas d’un magasin ordinaire. Jan a accordé une attention particulière au design et à l’acoustique. L’espace est chaleureux et épuré, l’acoustique est soigneusement tamisée et diffuse, sans jamais devenir clinique. Comme chez soi en somme. Le Model 55, parfaitement positionné, autoportant et légèrement incliné, peut ainsi respirer de manière optimale.  

L’accueil chez Walden High End est très important. En tant qu’invité, vous disposerez du temps et de l’espace nécessaires pour une écoute attentive. Sans précipitation ni pression, juste la possibilité de découvrir en toute tranquillité ce que ces appareils soigneusement sélectionnés ont à offrir. 

Et c’est précisément cette combinaison d’une configuration soignée, d’une amplification sophistiquée et d’un environnement accueillant qui a piqué ma curiosité: comment le Model 55 se comporterait-il musicalement dans ce contexte? Nous l’avons découvert lors du test d’écoute. 

Test d’écoute

Une enceinte comme la Tonapparate Model 55 exige bien plus qu’une simple impression rapide. C’est pourquoi j’ai délibérément sélectionné une vaste sélection musicale, allant du classique au jazz, des pièces intimistes d’auteurs-compositeurs-interprètes aux grandes œuvres orchestrales. Chaque morceau avait sa propre fonction: tester la dynamique et la puissance, révéler la subtilité et les détails, explorer la chaleur des voix ou expérimenter l’espace d’un enregistrement. Il n’en est résulté aucune playlist aléatoire, mais un voyage de découverte soigneusement élaboré, où le Model 55 devait démontrer à chaque fois une facette différente de ses capacités.

Playlist

  • Danse Macabre, Op. 40, Minnesota Orchestra (Reference Recordings)

  • Fanfare for the Common Man, Copland, Minnesota Orchestra (Reference Recordings)

  • Frances – Don’t Worry About Me

  • Nick Cave – Nobody’s Baby Now (Idiot Prayer album)

  • Chet Baker – Alone Together (Stereo album)

  • Kari Bremnes – Varres Ring

  • Mahler – Symphonie n°1 – Dietrich Fischer-Dieskau

  • Max Richter – Organum

  • Nenad Vasilic solo live – 1. Opener & Vranjanka (vinyle)

  • Floating Points & Pharoah Sanders – Promises

Dès les premières notes, il était évident que les Tonapparate Model 55 n’étaient pas des enceintes ordinaires. Ce qui était immédiatement perceptible, c’était la manière dont les médiums se déployaient: clairs, naturels et sans artifice. Les voix étaient palpables, les instruments occupaient une place convaincante dans l’espace. Non seulement les sonorités, mais aussi les plus infimes détails étaient captés : la respiration d’un chanteur, le léger mouvement d’une chaise, la vibration des cordes. 

Alors que de nombreuses enceintes modernes s’enorgueillissent à offrir des aigus brillants et étincelants, le Model 55 adopte une approche différente. Au premier abord, il semble un peu plus fermé dans le registre aigu, mais on s’aperçoit vite que c’est trompeur. Les détails sont présents, mais sans être envahissants. Le résultat est un son raffiné qui vous permet d’écouter pendant des heures sans fatigue. 

Mais cela ne signifie pas mollesse du son. Au contraire, la dynamique est très convaincante, sans toutefois tomber dans la force brute. Dans les œuvres symphoniques, la figuration de l’ensemble orchestral reste spacieuse et naturelle. Les cuivres ou les percussions ne veulent pas s’imposer plus que ce que n’a conçu le compositeur. On ne ressent ni dureté ni agressivité autre que celle voulue. L’énergie est présente, mais toujours maîtrisée. Dans les formations plus petites, le Model 55 révèle son meilleur côté: une voix qui se rapproche, un piano qui ouvre le paysage sonore, une contrebasse bien charpentée et emplissant l’espace avec réalisme. 

Nick Cave nous a fait vivre un moment particulier. Au début, sa voix sonnait un peu fade avec les Sylvania 6SN, mais dès que les tubes Ken-Rad du préampli ont pris le relais, son caractère s’est affirmé. Soudain, sa voix a gagné en texture et en émotion, et le piano est devenu plus vivant dans la pièce. Cela démontre la sensibilité du Model 55 à ce qui est branché en amont et la facilité avec laquelle il transmet la personnalité des différences électroniques. 

Même avec des voix plus intimes, comme celles de Frances ou de Chet Baker, le Model 55 restait convaincant. La voix de Frances sonnait petite et fragile, mais naturellement présente. Kari Bremnes nous a donné des frissons: le Model 55 a convaincu en faisant ressortir sans relâche l’essence émotionnelle de sa musique. 

L’écoute vinyle avec Nenad Vasilic a confirmé cette impression: cette enceinte ne cherche pas à impressionner par sa technique, mais à rendre la musique tangible. La contrebasse était littéralement omniprésente, pleine de résonance et de réalisme. L’écoute de Pharoah Sanders et de Floating Points a également confirmé que le Modèle 55 n’est pas un spectacle, mais un engagement. La musique n’était pas disséquée, mais vécue – sincère, chaleureuse et émotionnelle. 

À l’écoute du Modèle 55, vous découvrirez une enceinte aux médiums exceptionnellement ouverts, aux détails précis et à la chaleur naturelle qui distille la musique dans son essence. Cela la rend non seulement unique, mais aussi irrésistible si vous préférez vivre la musique plutôt que de la juger. 

L’idiosyncrasie tonale comme atout 

Qu’est-ce qui rend le Model 55 si spécial? Il ne cherche pas la neutralité absolue ni la perfection technique, mais laisse délibérément entendre la musique différemment. La tonalité n’est pas classiquement linéaire, mais remarquablement cohérente et naturelle, avec des changements de timbres qui forment sa richesse. À l’écoute, j’ai remarqué que l’on perçoit la musique autrement: les voix gagnent en couleur, les instruments sont plus tangibles et la musique elle-même semble plus vivante. Cela demande du temps et de la patience, car le Model 55 ne se révèle pas instantanément, mais véritablement lorsqu’on prend le temps de l’écouter plus longuement. 

Cette approche ne plaira pas à tout le monde. Ceux qui apprécient la finesse analytique ou la précision clinique ne la trouveront pas ici. Le Model 55 offre des médiums exceptionnellement riches et détaillés. Ce sont précisément ces nuances qui rendent l’écoute infiniment intéressante. À chaque nouvelle écoute, vous découvrez de nouveaux accents ou de petits détails inédits. L’expérience est ainsi non seulement agréable, mais aussi durablement captivante: vous resterez toujours curieux de voir comment votre musique préférée sonnera sur cette enceinte.

Conclusion

La force du Tonapparate Model 55 ne réside pas dans la perfection neutre ni dans la précision d’une coupe au laser, mais dans sa façon unique de restituer la musique. Là où certaines enceintes impressionnent par leurs aigus puissants ou leurs graves exagérés, le Model 55 choisit une voie différente. Le médium est ici roi: ouvert, riche en détails et si naturel qu’on est constamment surpris par la sonorité de morceaux familiers. C’est une enceinte qui ne lisse pas tout, mais laisse s’exprimer les nuances. 

Pour un prix de vente conseillé de 18.000 €, vous ne bénéficiez pas d’un clinquant haut de gamme, mais d’un design empreint de vision et de savoir-faire. Une enceinte qui ne vous impose pas ce que vous devez entendre, mais vous invite à réécouter et à explorer la musique toujours plus profondément. Elle ne convient pas à tout le monde, mais ceux qui adoptent cette approche trouveront un partenaire avec lequel chaque séance d’écoute sera une nouvelle source d’enrichissement. 

Mon conseil est simple: allez écouter. Pas seulement brièvement, comme on le fait en passant d’une chambre à l’autre dans un salon Hifi, mais avec le temps et l’attention nécessaires. Car le Model 55 n’est pas une enceinte que l’on saisit immédiatement. Elle surprend, stimule et éveille la curiosité. Et c’est précisément pour cette raison qu’elle pourrait vous révéler non seulement quelque chose de nouveau sur la musique, mais aussi sur vous-même. Albert Schweitzer a dit : «Il y a deux moyens d’oublier les tracas de la vie: la musique et les chats». Pour les chats, on vous laisse faire. Pour la musique, allez rendre une visite chez Walden High-End pour écouter les enceintes Tonapparate Model 55… 

Avantages et inconvénients

Pour

  • Médiums riches et chargés d’émotion 

  • Restitution musicale tout en détails et en douceur 

  • Scène sonore réaliste 

  • Aucune fatigue auditive, même après de longues heures 

  • Couleur tonale révélatrice, idéale pour explorer la musique acoustique 

  • Graves détaillés et naturels sans exagération 

 Contre 

  • Fait l’impasse sur la neutralité absolue 

  • La tonalité peut être déroutante pour qui recherche une «audition de référence» 

  • Nécessite une adaptation minutieuse avec l’amplification (tubes recommandés) 

  • Moins adapté à qui recherche une précision absolue en termes de hauteur et de timing 

  • Nécessite du temps, de la patience et un esprit ouvert

AV2D.com Review Tonapparate Model 55 Walden High-End Audio

Discover Our Audio Products